Bloemetje 50. Wie zouden Clémence en Joris zijn?

Door: Meisje Bloem

Als "Meisje Bloem" ben ik heel trots op de Bloemetjes op de website www.meisjebloem.nl. Het zijn er nu al 50!
Elke twee weken, in twee jaar, is er een "Bloemetje" met een onderwerp uit het prentenboek Meisje Bloem van Clémence Leijten van Joris Leijten uitgekomen. Elke keer kijk ik ik er naar uit. Ik had niet verwacht dat mijn verhaal op onze zolder zoveel onderwerpen in zich had, die leuk zijn voor een blog. Mijn zolder is een kleine wereld met alleen ik en onze spulletjes en mijn vader en moeder, opa en oma en andere mensen beneden. Wie zouden Clémence en Joris zijn?

Graag wil ik een interview afnemen met kip. Zij zijn de schrijvers, tekenaar en vormgever van mijn prentenboek Meisje Bloem. Ik ben welkom in het huis van Clémence Leijten. Joris Leijten is er ook. We zitten in de gezellige huiskamer tussen de boekenkasten aan de wand. Er is limonade met lekkere appelkoosjes. Op de tafel liggen ook zwart-wit tekeningen van Clémence voor een nieuw leesboekje "Mijn erwtje". In de hoek staat een computer en werkt Joris aan het verhaal. Leuk dat ik hier mag zijn en dat u met mij wilt praten over het prentenboek. Willen jullie allebei antwoorden op mijn vragen. Mag ik je zeggen? Dat mag.

Continue Reading


Bloemetje 49.  Tweestrijd

Door: Joris Leijten
Deze weken is de volwassen Boekenweek. De Boekenweek heeft het thema ‘Tweestrijd’. Meisje Bloem is voor alle leeftijden van 8 tot 88 jaar, zeggen we altijd, dus komt bij mij de vraag op : is het thema ook van toepassing op dit prentenboek.

Heeft Meisje Bloem een tweestrijd?  Ze heeft in elk verhaal een gesprek met een vragensteller. Elke keer is de vraag: ‘Wat is dat dan…?’ We laten in het midden wie deze vragensteller is: de lezer, een alwetende verteller/de schrijver of haar innerlijke ikke (lees: geweten).

Het is een dialoog met iets of iemand waarbij Meisje Bloem uitleg geeft over de vraag die haar is gesteld en ze over nadenkt in haar spel. De vragensteller corrigeert haar niet, wijst haar niet met het vingertje terecht. Zegt niet dat hetgeen dat ze verzint, niet goed is. De vragensteller heeft geen oordeel hierdoor. Er ontstaat geen echte tweestrijd, want Meisje Bloem krijgt gelijk in wat ze denkt.

Continue Reading


Bloemetje 48. Fijnstof

Door: Clémence Leijten
Meisje Bloem vindt een oude doos. Als ze hem open maakt niest ze. “Ben je verkouden, Bloem? Meisje Bloem zegt: ‘Ik nies door het stof in de doos’.’ Op de vraag wat stof is, zegt ze: ‘Stof is wat overblijft van iets dat heeft bestaan. Een heel klein stukje van een oude kast. Of een heel klein stukje van een oude steen. Of een heel klein stukje van een oude plant, maar ook van oude mensen.’ Meisje Bloem zegt: ‘Het zweeft overal en komt langzaam op alles.’ (33. De oude boeken).
Ik denk aan de discussie die nu gevoerd wordt over fijnstof. Fijnstof die moet worden teruggedrongen, omdat het mensen ziek maakt. Het is jammer dat Meisje Bloem in haar definitie stof noemt van restjes kast of van een steen, of plant en of mensen alleen. Dat zij niet noemt de restjes chemisch afval in de lucht.
“Stof is iets dat overblijft van iets dat heeft bestaan” dat is een zin die mij bij blijft uit het verhaal. Die mij uitnodigt om na te denken.

Continue Reading


Bloemetje 47. Vrijheid.

Door: Joris Leijten
Begin mei stonden wij allemaal even stil bij de vrijheid. Meisje Bloem heeft in het prentenboek expliciet niet over het begrip “vrijheid” gesproken. Mogelijk als ik nu aan het boek aan het schrijven was, had ik haar iets op zolder laten vinden dat haar deed nadenken over vrijheid. Welk voorwerp zou dat kunnen zijn? Ik kom op het vinden van een hangslot met een sleutel. Waar is het oude slot voor gebruikt? Dat slot verborg iets; iets dat niet werd vrijgegeven. Meisje Bloem houdt van open en vrij, dus gaat ze op zoek naar haar wereld achter dit slot. Mogelijk heeft het slot iemand gevangen gehouden. Die was niet vrij om te doen wat hij of zij wilde. De bekende vraag volgt: Maar Bloem wat is dat dan; wat is dat dan vrijheid? Haar antwoord zou ludiek en wijs zijn net als alle andere antwoorden in het boek. Ze zou zeggen: ‘Vrijheid is alles kunnen doen wat je zelf voelt en mag. Ik mag gek doen, springen op bed, zoveel snoepjes eten als ik wil. Niets zit achter een slot.”     

Continue Reading