Bloemetje 135. Leren door ervaren.

Door Joris Leijten
De afgelopen maand herdachten we 80 jaar operatie “Market Garden” in Oost-Nederland. Het begin van het einde van de Tweede Wereldoorlog in 1944. 
De Geallieerden: Amerikanen, Canadezen, Engelsen en Polen bevrijdden langzaam Nederland. De afgelopen weken waren enkele oudere WOII- veteraren, 90-plussers, nog bij de herdenking en waren ook veel zg. re-anacters actief. Mensen die de geschiedenis zo authentiek mogelijk naspelen. 
In Schijndel, Nijmegen, Groesbeek, Ginkelse heide en Arnhem waren er deze maand week kampementen van “geallieerden soldaten” met tenten, vrachtauto’s, tanks enzovoorts. Overal zag je ook veel kinderen, ook in schoolverband, om te leren van deze “militairen”. Er werd gekookt, gezongen en gestreden. 


Vorige week 20 september 2024 was het exact 80 jaar na “de Oversteek”, de bevrijding van Nijmegen. De geallieerden konden niet rechtstreeks de Waalbrug aanvallen. Deze werd door de Duitsers extra beschermd. Daarom kozen de geallieerden om even verder dan de Waalbrug met kleine roeibootjes over te steken. Een helse tocht met Duits tegen vuur Met 48 gesneuvelden tot gevolg. Door de Waalbrug van twee kanten aan te vallen werd de Waalbrug en Nijmegen toch bevrijd.
De oversteek werd vorige week door re-anacters nagespeeld.
Aan beide kanten van de Waal en de “Oversteekbrug” stonden duizenden toeschouwers. Ze zagen hoe militairen met bootjes overstaken over de grote rivier met rookgordijn als camouflage en de Duitsers die weervuur gaven.
Het was een grote ervaring voor mij en leerde mij hoe de geallieerden soldaten de Waal overstaken om Nijmegen te bevrijden.
Op 5 mei 2025 volgend jaar is het 80 jaar geleden dat heel Nederland werd bevrijd.

De Oversteek in Nijmegen is zo uniek dat er élke dag, vlak voor zonsondergang, een “Sunset mars” gelopen wordt om deze Oversteek nooit te vergeten. De Sunset mars loopt over de “Oversteek brug”, die werd genoemd naar deze moedige daad met 48 straatlantaarns voor de 48 gesneuvelden. Deze lantaarns gaan één voor één aan. Iedereen mag aansluiten bij deze stille tocht richting het “Waalcrossing” monument aan de overkant. Steeds onder leiding van een veteraan van het huidige Nederlandse leger. Een unieke ervaring vind ik om mee te lopen en te ervaren. Al vaak heb ik meegelopen.

Ook andere tijdperken worden herbeleefd. Zelf ben ik als middeleeuwse  marskramer in het kielzog van hertog de Berry en zijn adelgroep, begin september naar het ‘Middeleeuwse Ter Apel’ festival (1450) geweest, waar ik twee dagen rondliep. We gaven toelichting over onze kleding met kaproen, beenlingen en brede armstukken en we vertelden wie we voorstelden. We liepen mee in een optocht.
Ook werd er een rechtszaak gespeeld over het “Westerwoldse recht”: over ontsnapte kippen en een boer die protesteerde, waarbij zelfs de bisschop van Munster aan te pas moest komen. Er werd zo authentiek mogelijk gespeeld.                                                                                 

Een week later mocht ik vier ochtenden Middeleeuwse poortwachter zijn bij de “Middeleeuwse Gebroeders van Lymborch Scholendagen”. Ik bewaakte in rood zwart kostuum compleet met speer, de Burchtpoort van Nijmegen en later twee ochtenden de poort van Kasteel Doornenburg, Ik kreeg veel vragen: “Is de speer scherp?” “Waarom is de speer zo lang?” “Moest jij altijd de poort bewaken?” Leerlingen van de bovenbouw basisschool klassen kregen bovendien workshops over verschillende middeleeuwse ambachten ook om te leren door ervaren en zelf te doen. Zoals het maken van een pagina uit een getijdenboek door letters te kalligraferen met ganzenveer en inkt, het portret tekenen van een adellijke dame, middeleeuwse strijdkunst, het smeden van een riemhaakje, pottenbakken, vuur maken, Middeleeuws koken en kruiden zoeken in een middeleeuwse kruidentuin voor het maken van kruidenboter. Alle begeleiders waren in middeleeuws kostuum.

Meisje Bloem stelt zichzelf ook vragen over de geschiedenis. Ze komt dan wel op haar zolder geen re-anacters tegen maar vindt wel een harnas en trekt deze aan en ontdekt en leert zo zichzelf Middeleeuwse ridder te zijn.
“Wie draagt er nu kleren van ijzer, Bloem? Meisje Bloem zegt: ‘Het is een harnas van een ridder.’ Meisje Bloem wil wel een ridder worden. Ze doet de ijzeren jas aan en zet de helm op haar hoofd. ‘Het is zwaar’, zegt ze.
Meisje Bloem kan er bijna niet mee lopen en ze kan ook bijna niets zien. ‘Niemand kan me pijn doen,’ zegt ze. Meisje Bloem zegt: ‘Met deze ijzeren kleren aan ben ik niet meer bang.’ Meisje Bloem vindt de zware kleren handig. Ze zegt: ‘IJzeren kleren geven bescherming.’ 
Maar Bloem, hoe geef ik je nu een zoen? Meisje Bloem denkt dat dat niet kan. Meisje Bloem zegt dan: ‘Misschien moet ik deze zware kleren toch niet gebruiken.’ (41. Het harnas)

Zelf mocht ik eens ook een zware harnashelm dragen en merkte, dat het praten in zo’n helm lastig is, omdat je stemgeluid echoot in de helm.  Deze ervaring haal je niet uit boeken. Meisje Bloem dacht het harnas haar zou beschermen tegen ruziënde klasgenoten bijvoorbeeld maar besefte dat door het harnas niemand haar zou kunnen aaien.

Blijf ervaren en verwonderen en leren van het verleden. Want het heden en het verleden vormen een onafscheidelijke eenheid.