Bloemetje 81. Tandenfee.
Door Clémence Leijten.
Meisje Bloem vindt op zolder een heel klein doosje met een tand. Meisje Bloem ziet in gedachte een meisje. Tussen haar tanden zit een gat. ‘Jij wisselt’ zegt Meisje Bloem, ‘nu krijg je grote mensen tanden.’ Meisje Bloem vraagt haar: ‘Heb jij ook van de tandenfee een cadeautje gekregen.’ (43. De tand.) Dat is een mooi gebruik: de tandenfee die komt als je wisselt en jij de tand onder je kussen hebt gelegd. Zij wisselt dan jouw tand voor een cadeautje. Een tien met een griffel voor de vader of moeder die dat heeft uitgedacht. Het getuigt van inzicht. Iets wat zo spannend is voor een kind als het verliezen van een tand wordt daarmee een feestje.
‘Wat moet ik met die tand’, vraagt Meisje Bloem en ze denkt diep na. ‘Ik weet wat!’ zegt ze. Meisje Bloem zegt: ‘Ik geef hem aan mijn broertje. Dan is hij ook een groot mens.’ Ze zegt: ‘Nu moet hij ook iedere avond zijn tanden poetsen.’ Dat haar broertje dan iedere avond zijn tanden moet poetsen, dat is leedvermaak van Meisje Bloem. Iets wat zij, erg vindt en nu denkt ze: jij lekker óók! Kennelijk is ze al een jaar lang jaloers op haar babybroertje dat hij zijn tanden niet hoeft te poetsen omdat hij nog geen tanden heeft. Kinderen houden niet van tandenpoetsen, dat is ook mijn ervaring..
Deze week zag ik op het Journaal dat er in Zoetermeer een tandenschoolbus rijdt langs de scholen. Een verpleegster in een blauw uniform begeeft zich naar een klas en zegt tegen de leerkracht: “Goede morgen. Ik ben Jacqueline van de Jeugdtandverzorging. Ik wil graag drie kinderen meenemen.’’ Even later zie ik de drie kinderen voor een spiegel met een tandenborstel. De verpleegster in haar blauwe uniform staat achter de kinderen en kijkt ook in de spiegel. In haar hand heeft ze een enorme gipsen bovenkaak en een enorme gipsen onderkaak. In haar hand heeft ze een grote tandenborstel waarmee ze de gipsen tanden (zonder tandpasta!) poetst. “Eerst aan de bovenkant, dan aan de buitenkant, dan aan de binnenkant”, zegt ze. En ze telt: “vier, vijf, zes, zeven, acht… nee naar je neus’, gebiedt ze. ‘Negen, tien.’ De kinderen met in hun hand een tandenborstel worden geacht die exercitie te volgen. In mijn bezit heb ik een boek uit 1923 voor kinderen uitgegeven door de Nederlandsche Vereeniging tot bestrijding van het tandbederf met de titel Een prentenboek over de tanden¹. Dat opent met een gedichtje als of het tanden poetsen een gevecht is:
“t Kiezenleger komt hier aan,
’t Laat al zijn wapens blinken,
Het poetst het rijk van tandland schoon,
En doet zijn oproep klinken.
’t Kiezen-leger stapt steeds voort,
·’t Marcheert door alle landen,
Sluit je bij het leger aan:
Poets driemaal daags je tanden.”
Ik vergelijk dit prentenboek en de werkwijze van de tandenschoolbus en kom tot de conclusie dat er in 100 jaar tijd niet veel is veranderd. En ik gruw van die aanpak. Ik neem u mee. Ik citeer uit het prentenboek:
De oefening met den tandenborstel:
Twee of drie kinderen, voorzien van tandenborstel, tandpoeder, glazen met water, en een kommetje moeten deze oefening voordoen.
Opgelet! (Allemaal op een rij, ellenbogen aangesloten, de tandenborstels in de rechter-, de glazen in de linkerhand).
1. Klaar - Doop in - Maak de tandenborstel nat.
2. Buitenkant.
Linker kant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Rechterkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Voorkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
3. Binnenkant.
Boven linkerkant - klaar- tel 1-16 - Doop in!
Boven rechterkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Boven voorkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Onder linkerkant - klaar- 1-16 - Doop in!
Onder rechterkant - klaar - 1-16 - Doop in!
Onder voorkant – klaar - 1-16 - Doop in!
4. Kauwvlakken.
Boven linkerkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Boven rechterkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Onder linkerkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Onder rechterkant - klaar - tel 1-16 - Doop in!
Bent u er nog? Bij het tikken van de tekst, terwijl ik de handelingen probeerde te volgen, raak ik helemaal de weg kwijt. En dan volgt er ook nog een verhandeling hoe je je mond moet spoelen, want dat is ook niet eenvoudig: “Pers het water tusschen je tanden door met je wangspieren en gebruik die spieren, zooals je op een trompet zou blazen. Pers de vloeistof eenige malen heen en weer. Doe het niet door je hoofd te schudden.” En wordt uitgelegd, hoe je tweemaal in de week je tandenborstel moet verzorgen in een glas met een borax oplossing met de vermaning dat je nooit je tandenborstel naast een andere tandenborstel mag hangen. Ze hopen hiermee kinderen te motiveren. “Moge dit boekje medehelpen om van onze kinderen te maken menschen in het bezit van een frisschen mond en gezonde tanden, en moge het de blijde boodschap der mondhygiëne verspreiden onder hen, die na ons komen.”- de laatste zin van hun voorwoord.
In mijn bezit is nog een boekje Tanden poetsen met Nijntje ² Het is een boekje van een bekend tandpastamerk uit 2007. We volgen Nijntje om 7 uur ’s avonds als ze naar bed gaat, waarin papa en mama haar helpen. Ze mag eerst oefenen in de mond van papa en mama. Ze vragen aan de lezer of de borstel een beetje ‘kietelt’. Dat geeft me vertrouwen. Citaat: ”Nijntje trekt altijd een gek gezicht in de spiegel. Jij ook?”
En dan volgen er tips voor de ouders: “Noem alle hapjes die je gaat wegpoetsen: de melk, het koekje etc.”, “Verzin een leuk tandenpoets verhaaltje. Of bedenk een poetsliedje.”, “Maak van het uitspugen een spelletje met gekke-bekke-trekken of mikken op het putje.’’ Ze zeggen: “Maak van tandenpoetsen geen strijd, maar een spelletje. Doe zelf je mond wijd open, kinderen imiteren graag. Of laat je kind grommen als een echte beer, zodat de tandjes gemakkelijk te poetsen zijn.”
“Vandaag gaan we tandenpoetsen met Nijntje. Maar waarom? Tandenpoetsen is goed voor je tanden. Nijntje poetst haar tanden 2 x per dag. Nijntje heeft daarom gezonde tanden. Zo kan ze lekker veel wortels en andere dingen eten. Wil jij ook zulke gezonde tanden als Nijntje?” Wat een verademing. Er wordt niet gedicteerd, er wordt gepraat; er wordt ontdekt, er wordt gelachen. Misschien een idee voor de tandenschoolbus? Wellicht ook een bezoekje van de tandenfee?
- Ferguson Harrison (1923) Een prentenboek over de tanden, uitgegeven door de Nederlandsche Vereeniging Tot Bestrijding Van het Tandbederf.
Brusse’s Uitgevermaatschappij Rotterdam.
- Tandenpoetsen met Nijntje (2007), een oefenboekje van Zendium.