Bloemetje 43. Bewaren - waarden
Door: Joris Leijten
Meisje Bloem weet dat alle voorwerpen die op de zolder door haar ouders bewaard worden, waarde hebben. Ze weet nog niet welke waarden. Historische, financiële waarden, kunstzinnige of emotionele waarden. Feit is dat ze belangrijk zijn om te bewaren voor haar ouders. Meisje Bloem mag op de zolder struinen en zoeken naar de voorwerpen en hiermee spelen. Dit zijn de verhaaltjes in het prentenboek Meisje Bloem. Zo vindt ze bijvoorbeeld een stapeltje brieven “van Joop voor Klaartje”. Joop schrijft dat hij Klaartje lief vindt, denkt ze en wil trouwen: ‘Op een dag schrijft hij een mooie brief aan haar. Dat ze mooie haren heeft, en mooie ogen. Dat ze lief is. Dat hij een mooi huis heef en hij vraagt of ze bij hem komt wonen. Hij heeft ook een lieve hond.’ (7. De brieven) Meisje Bloem vindt zelf honden heel leuk en zij denkt dat Klaartje honden leuk vindt en daarom met hem wil trouwen. De brieven hebben een emotionele waarde.
Er ligt ook een stapel kranten. Meisje Bloem spelt de letters van de kop van de bovenste krant: ‘W-a-t-e-r-s-n-o-o-d’. Wat is dat Bloem, watersnood? Meisje Bloem kijkt naar de foto’s in de krant. Ze zegt: ‘De zee is in het dorp gestroomd. De huizen zijn stuk.’ Waar zijn de mensen, Bloem? Meisje Bloem zegt: ‘Misschien zijn ze verdronken in het water. Of misschien zijn ze gered.’ Meisje Bloem zegt: ‘Misschien zitten ze wel op de zolder.’ ‘Wat erg’, zegt Meisje Bloem, ‘ik wist het niet.’ Ze zegt tegen de krant: ‘Dank je wel, dat je mij het hebt verteld’ (46. De kranten)
Wij volwassen weten dat deze kranten uit 1953 moeten komen en gaan over de grote Watersnoodramp in Zeeland die toen het nieuws bepaalde. Het was een historische gebeurtenis; deze kranten hebben een historische waarde.
Een mogelijk voorwerp van financiële waarde is het schilderij van de moeder met het kind, dat ze vindt. De moeder geeft het kind de borst. Meisje Bloem gaat voorbij aan de mogelijke financiële waarde. Zij zegt dat de baby honger heeft en moet groeien. Meisje Bloem zou ook willen groeien. Meisje Bloem gaat staan op haar tenen. Ze wil de balk pakken boven haar hoofd, maar ze kan er nog niet bij. (25. Het schilderij).
Zij kijkt ook niet naar de kunstwaarde. Ze vindt het schilderij mooi om de afbeelding. Ze gaat er door nadenken over het groeien van zichzelf.
Een ander voorwerp van emotionele waarde is een verdroogde bruine bos bloemen. Ze denkt dat het een heel belangrijke bos bloemen was, een trouwboeket. In dit verhaaltje ontdekt ze ook dat waarden vergankelijk zijn. Meisje Bloem haalt de bos uit het papier. De blaadjes van de bloemen vallen allemaal naar beneden. ‘Zonde’, zegt Meisje Bloem, ‘de blaadjes zijn er af gevallen.’ In haar hand heeft ze nog alleen de takken. Meisje Bloem zegt: ‘Jammer, nu is het verhaal verloren.’(23. De bos bloemen). Allemaal spulletjes dus op zolder die haar ouders hebben bewaard.
Zij hebben een reden om die spulletjes te bewaren. Meisje Bloem begrijpt dat. Meisje Bloem zegt: ‘Bewaren is, dat je iets zo mooi vindt, dat je het voor altijd wilt houden. Dat je het daarom op de zolder legt omdat je steeds weer wilt kijken. Als je kijkt, word je weer blij.’ Meisje Bloem zegt: ‘Ik word niet blij van bruine bloemen, maar dat komt omdat ik niet weet, wat het voor mooie bloemen zijn geweest.’ (23. De bos bloemen) Meisje Bloem begrijpt dat zij de waardes van haar ouders niet kan weten omdat zij er toen niet bij was. Maar zij kent hun voorwerpen een ‘nieuwe’ waarde toe, waarmee ze belangrijk worden ook voor haar. En ook voor haar reden worden om de voorwerpen te bewaren.
Een uitgeverij bewaart meningen van mensen in de boeken die hij uitgeeft. Joleijt bewaart de gedachten van Meisje Bloem, maar ook de boodschap van Madame Poubelle en het verhaal van Meneer Boek en de belevenissen van de personages die optreden in de nieuwe leesboekjes. “Wie schrijft, blijft.” Misschien over honderd jaar vinden achterkleinkinderen op zolder het prentenboek van Meisje Bloem. Misschien heeft het voor hen emotionele waarde omdat het een boek was van hun overleden oma. Misschien heeft het voor hun een historische waarde omdat het een tijdsbeeld geeft van een eeuw waarin individuele beleving hoog werd gewaardeerd. Misschien dat het boekje een financiële waarde vertegenwoordigd om dat het er nog maar weinig exemplaren in omloop zijn. Misschien een kunstzinnige waarde omdat de plaatjes zijn terug te voeren op een specifieke tekenstijl uit die tijd. Wellicht, en dat hoop ik, zijn ze blij dat hun voorouders het prentenboek bewaarde om er ‘hun’ verhaal aan vast te plakken.