Bloemetje 106. Mode

Door: Joris Leijten
Meisje Bloem lijkt zich volgens mij niet echt modebewust.  Meisje Bloem kijkt in een spiegel. Wat zie je Bloem? ‘Ik zie een mooi meisje’, zegt ze. Meisje Bloem kijkt naar zichzelf van achteren en van voren. ‘Leuk ben ik’, zegt ze.  Dat “leuk” betreft haar uiterlijk en haar aard, niet haar jurk.
Meisje Bloem praat tegen Meisje Bloem in de spiegel. Ze zegt: ‘Jij bent een mooi meisje, Bloem, en je bent ook lief.’ Dat haar mening niet door iedereen gedeeld word, daarvan is zij zich bewust.
 Meisje Bloem denkt aan de buurman en tante Bet en de meester van school die zeggen dat Meisje Bloem pas lief is als Meisje Bloem doet wat zij zeggen. Meisje Bloem zegt: ‘Ik ben ook lief als ik doe, wat ik zelf graag wil’
(18. De spiegel) Ze heeft haar eigen mening en eigen stijl. Dat is niet perse het actuele modebeeld van hype merkkleding en gadgets. Ik denk niet dat dat haar interesseert

Continue Reading


Bloemetje 105. Niets

Door Clémence Leijten.
Meisje Bloem vindt op zolder een doos met een stuk steen. Meisje Bloem kijkt naar de steen. Er zit een kring op. ‘Dit is een slakkenhuis van vroeger’, zegt ze. ‘Die slak heeft geleefd toen de wereld net bestond.’ ‘Het is een fossiel’, zegt ze deftig.’ Ze vraagt zich af, hoe de wereld was, toen hij pas bestond. Meisje Bloem zegt: ‘De wereld toen hij pas bestond was nog alleen een berg zand. Er waren wel dieren, maar nog geen mensen.’ Meisje Bloem zegt:          ‘Dieren bestaan langer dan mensen. Mensen zijn er eigenlijk pas.’ (14. De steen). Ook ik als kind dacht na over hoe de wereld er uit zag toen hij net bestond. Noch Meisje Bloem noch ik vroegen ons af, hoe het was, toen de wereld nog niet bestond. Dat ging ons abstractievermogen te boven: het ‘niets’ dat er ooit was voor dat het heelal begon; voor de oerknal dus. Maar nu, nu ik groot ben en ik weet dat er zo iets geweest moet zijn, kan ik me daar nog geen voorstelling van maken.

Continue Reading


Bloemetje 104. Zomervakantie.

Door: Joris Leijten
De zomervakantie 2023 is aangebroken. Alle kinderen hebben in deze periode zes weken lang vakantie; geen school. Het is de overgang van het ene schooljaar naar het nieuwe schooljaar en dan hopelijk een klas hoger.
Meisje Bloem zal ook niet naar school hoeven. Voor ouders die moeten werken is het lastig om alles te plannen met opvang etc. naast hun werk.

Voor vele kinderen hoort erbij dat ze een paar weken van die vrije periode op vakantie gaan naar het binnen- of buitenland. Camping, bungalow, strand of stad. Naar een bestemming die ze vaak niet kennen. Ze spelen daar op het strand, aan het zwembad of bezoeken een mooi kasteel of stad.

Continue Reading


Bloemetje 103. Eenzaamheid.

Door Clémence Leijten.
Meisje Bloem speelt helemaal alleen op de zolder van haar huis. Niet een keertje, maar heel vaak gezien de vele spulletjes die zij vindt. Zo’n jong meisje helemaal alleen! Heeft ze niemand om te spelen? In één van de dozen vindt Meisje Bloem een pop. Meisje Bloem pakt de pop. Ze vindt hem lief. ‘Jou kan ik net goed gebruiken’, zegt ze, ’jij wordt mijn vriend.’ De pop kijkt blij. Daaruit begrijpt Meisje Bloem, dat de pop haar vriend is. ‘Goed’, zegt ze, ‘we blijven altijd samen.’ Ze kijkt de pop aan en die knikt. Ze zegt: ‘Leuk om een vriend te hebben.’  (5. Een pop) Meisje Bloem is blij met een vriend. Was Meisje Bloem alleen? Is Meisje Bloem een eenzaam meisje.

In een rondzendbrief van mijn pensioenfonds wordt geschreven over eenzaamheid. Eenzaamheid bestaat als je jong bent vooral als je een jaar of zestien bent. Tijdens de middelbare leeftijd neemt de eenzaamheid af en bij hoogbejaarden is de eenzaamheid verreweg het hoogst. Vandaar misschien dat eenzaamheid een item vormde in de pensioenbrief. Wie is eenzaam? Voor onderzoek over eenzaamheid  wordt bijvoorbeeld een eenzaamheidsschaal gebruikt. Mensen moeten aangeven of ze het eens zijn met stellingen, zoals ‘Ik ervaar een leegte om mij heen’ of ‘Vaak voel ik me in de steek gelaten.’

Continue Reading